weebly statistics
foto evenementen elf fair nacht steden macro pentax lenzen tips

Copyright Aad Kalisvaart 2018

Tekstvak: A a d   K a l i s v a a r t   s   F o t o s i t e

Steden, Montfoort

Tekstvak: N      e      w             a      n      d             f      r       e       s       h              l       o       o       k 
Tekstvak: P      h      o      t      o      g      r      a      p      h      y

Het ontstaan

 

Omstreeks het jaar 1170 liet bisschop Godfried van Rhenen op een strategisch punt langs de Hollandse IJssel een kasteel bouwen. Deze burcht moest het Sticht, het gebied van de bisschop van Utrecht, beschermen tegen de aanvallen van de Hollandse graven. Bovendien kon de bisschop hiervandaan het soms nogal roerige Utrecht onder de duim houden. De naam van het kasteel Montfoort is waarschijnlijk afgeleid van Mons Fortis , dat sterke berg of burcht betekent. Als commandant van het kasteel werd een dienstman uit de ridderstand benoemd. Deze kreeg de titel van burggraaf van Montfoort, alsmede enige in de omgeving gelegen goederen. De burggraven ontpopten zich als machtige heren, die een belangrijk stempel drukten op de historie van de streek.

 

Groei

 

Rond het kasteel ontstond een nederzetting, die in 1329 stadsrechten kreeg. De stad Montfoort werd ommuurd en er werd een gracht aangelegd. In de stadsmuur van Montfoort bevonden zich 26 verdedigingstorens en een bolwerk waarop de molen stond. De stad was toegankelijk via de Heeswijkerpoort, de Willeskopperpoort, de IJsselpoort en de Waterpoort.

De huidige stellingkorenmolen De Valk werd in 1753 gebouwd op de plek waar al sinds de middeleeuwen een molen staat. De voorganger was door de burggraaf opgericht als dwangmolen. Dit betekent dat de inwoners van Montfoort en de omliggende buurtschappen, waaronder Heeswijk, Achthoven, Mastwijk, Cattenbroek, Blokland en Willeskop, verplicht waren hier hun graan te laten malen. Van de oude verdedigingswerken van het stadje resten alleen de IJsselpoort en enkele losse gedeelten van de stadsmuur. In 1302 werd de Grote of Sint-Janskerk gebouwd in opdracht van Hendrik III van Montfoort die hiermee het patronaatsrecht verwierf.

 

Macht van de Heren van Montfoort

 

De burggraven van Montfoort kwamen in hun honger naar meer macht diverse malen in conflict met hun landsheer, de bisschop van Utrecht. Zo eisten zij de zogenaamde hoge jurisdictie op, waarmee zij de bisschop letterlijk tegen zich in het harnas joegen. De bisschop en de stad Utrecht belegerden het stadje Montfoort in 1387 en de burggraaf moest uiteindelijk capituleren. Het is een voorbeeld van de strijd die de burggraven van Montfoort niet uit de weg gingen om keer op keer te streven naar een machtige en onafhankelijke positie. Dat er met Montfoort niet te spotten viel bleek wel in het jaar 1448, waarin Montfoort de noordelijker gelegen stad Woerden veroverde.

 

Reformatie

 

In 1544 stichtte de Johannieterorde de Commanderij van Sint-Jan in Montfoort, waarvan de kapel en kloostergang nog tastbare herinneringen zijn. Enkele decennia later volgde de Reformatie. De Staten van Utrecht vaardigden in 1581 een verbod uit op de katholieke godsdienstoefeningen. De burggraven van Montfoort, vanaf 1583 niet meer afkomstig uit de familie De Rover maar uit het Zuid-Nederlandse geslacht De Merode, bleven echter de oude leer trouw. Door hun invloedrijke positie kreeg de Reformatie in Montfoort dan ook niet echt goede voet aan de grond, al ging ook hier de kerk over in handen van de protestanten. In Het Utrechts Archief bevinden zich fraaie oude stadsplattegronden van onder meer Montfoort van de hand van Jacob van Deventer (1557-1573).

 

Stadsbrand

 

In 1629 kreeg Montfoort te maken met een grote stadsbrand, waarbij de Grote of Sint-Janskerk in de as werd gelegd. De herbouw van de huidige hervormde kerk werd in 1634 afgerond en kon mede worden bekostigd uit de verkoop van landerijen van de kerk.

 

Einde van de macht van de Heren van Montfoort

 

In 1648 noopten torenhoge schulden de burggraaf zijn rechten en bezittingen in Montfoort te verkopen. De rol van de burggraven van Montfoort was hiermee uitgespeeld. In het rampjaar 1672 werd de stad bezet door de Franse troepen. Stadhouder Willem III wist hen snel te verjagen, maar de vijand blies bij het vertrek nog wel even het middeleeuwse kasteel op. De voorburcht bleef behouden en wordt thans het kasteel genoemd. In dit complex was overigens lange tijd, tot 1968, een rijksgevangenis of tuchtschool voor meisjes gevestigd.

 

Opkomst van de industrie: knopen en stenen

 

De bedrijvigheid in het stadje was vanouds vooral gericht op de landbouw van het omringende platteland. Er waren diverse lijnbanen voor de touwnijverheid. Bekend was Montfoort ook van de fabricage van knopen, waar de inwoners de bijnaam knopendraaiers aan te danken hebben.[4] Zo werkten er in 1749 vierendertig knopendraaiersknechten en in 1760 wordt gesproken over een fabryk van beene knoopjes die alomme begeert zijn. In de loop van de 19e eeuw werd de steenbakkerij belangrijk, waarvoor in de nabije omgeving van het stadje enkele steenfabrieken zijn opgericht, die later verdwenen zijn.

 

Archeologie

 

In januari 2008 werd er archeologisch onderzoek gedaan aan de Schoolstraat. Hierbij werden resten van bewoning uit de veertiende tot zeventiende eeuw ontdekt. Ook bleek hieruit dat de binnenstad in die tijd een redelijk open karakter had met erven, sloten, mest- en afvalkuilen.

 

Het oude Stadhuis

 

Het Oude Stadhuis is het voormalige stadhuis van de Nederlandse gemeente Montfoort. Het stadhuis vormt n geheel met de IJsselpoort, de enig overgebleven stadspoort van Montfoort. Het is het oudste gebouw van Montfoort en een van de oudste stadhuizen van Nederland.

 

Ligging en aanzicht

 

Stadhuis en poort liggen aan de noordzijde van de oude binnenstad van Montfoort, vlak bij de Hollandse IJssel. Ze maakten oorspronkelijk deel uit van de ommuring van de stad, die verder poorten aan de west- en oostzijde en een Waterpoort als toegang had. De IJsselpoort verbindt nog steeds de Hoogstraat (oude marktplaats, nu winkelstraat) met de draaibrug over de IJssel en met Onder de Boompjes aan de oever van de rivier.Het stadhuis heeft een souterrain, bel-etage, eerste verdieping en zolder, boven de poort bevinden zich een verdieping en een zolder. Boven de met een trap bereikbare ingang van het stadhuis is het wapen van Montfoort aangebracht. Ook in de bestrating van het terras is het wapen zichtbaar. Binnen hangt het schilderij Posidonius en Pompeius van Hendrick Heerschop.

 

Geschiedenis

 

De onderste lagen van de IJsselpoort dateren waarschijnlijk (afgaande op de gebruikte stenen) uit het midden van de veertiende eeuw, net als de rest van de stadsmuur. De oudste delen van het gebouw die gedateerd konden worden met jaarringenonderzoek stammen van rond 1373, dit geldt voor een vaste moerbalk op de eerste verdieping. Eerder was er op waarschijnlijk dezelfde plek een 'stadskelder', die vermoedelijk een functie had voor de tolheffing bij een in 1353 afgebroken brug over de Hollandse IJssel (ook de kelder van het stadhuis werd later 'stadskelder' genoemd). De hoge ouderdom van het stadhuis is pas eind twintigste eeuw (1986-1990) door historisch en bouwkundig onderzoek bekend geworden, voordien dacht men op grond van onjuiste tekeningen van Blaeu en Stellingwerf dat het uit de zeventiende eeuw dateerde. Terwijl de basisstructuur van het gebouw steeds ongeveer gelijk bleef, veranderde het aanzicht wel: op achttiende-eeuwse afbeeldingen is te zien dat de ingangen en ramen toen gotische en ronde bogen hadden, later zijn deze vervangen door grote rechthoekige ramen. In 1762 kwam er een nieuwe aanbouw aan de achterzijde (rivierzijde), terwijl zowel het poortgebouw (in 1781) als het hoofdgebouw (1840) een tentdak kregen.

 

Zeshonderd jaar lang bleef het stadhuis als zodanig in gebruik. Zo waren er vergaderingen van de gemeenteraad, werkten de burgemeesters en ambtenaren er en bevonden de gemeentesecretarie en het gemeentearchief zich in het gebouw. Tot de invoering van scheiding der machten in 1812 werd er rechtgesproken in de vierschaar; hiertoe diende de voornaamste ruimte van het stadhuis, de grote zaal op de bel-etage. Daarnaast had het gebouw in de loop der eeuwen verschillende nevenfuncties, zoals vergaderruimte voor de schutterij (van 1698 tot 1787, boven de poort), opslag van turf (langdurig), hout en levensmiddelen, ziekenverzorging (1576) en inkwartiering (1672-1674) van soldaten, een school (1547, tijdsduur onbekend) en het plaatselijke Museum van Oudheden. De poortwachter van de IJsselpoort had er ook woonruimte, die in de loop van de tijd een aantal malen verplaatst is van het ene naar het andere deel (kelder, poortgebouw, achteraanbouw). In de periode 1963-1965 is het gebouw gerestaureerd. De trapgevels die bij de verbouwing in 1840 waren verwijderd, zijn toen hersteld, terwijl de poort aan de zijde van het hoofdgebouw een zadeldak kreeg. Toen in 1989 de gemeenten Linschoten en Willeskop in 1989 bij Montfoort waren gevoegd, was het stadhuis te klein geworden. Daarom kwam er een nieuw stadskantoor op het terrein van het vroegere kasteel Montfoort. Na de verhuizing in 1990 werd het Oude Stadhuis (onder die naam) in gebruik genomen als restaurant.